Soms lijkt het alsof het universum (of God, de kosmos, het Al, of hoe je het ook wilt noemen), me signalen of hints geeft op mijn pad om mij iets duidelijk te maken. De afgelopen paar weken is dit van alles rondom het thema ‘vertragen’.
Mensen in mijn omgeving hebben het over vertragen, op Facebook kom ik berichten tegen over vertragen, en ik ontdek evenementen over vertragen, zoals bij De Trage Vragenshow bij Adem Inn. Ik begrijp de hint. Vertragen is voor mij een permanent aanwezige uitdaging. Een levensthema, zeg maar.
Ik verveel me onnoemelijk snel, wil overal bij zijn, niets missen, tot voor kort zei ik overal ‘ja’ op, vooral als het ging over iets wat ik nog nooit gedaan had, of iets waar ik nog nooit geweest was. Een ervaringsvolgepropt leven had ik. En heb ik met vlagen nog steeds. Want het gevaar van verveling en sleur ligt steeds op de loer.
Niet zo gek dat ik signalen krijg over vertragen, want juist dat wat belangrijk voor me is om de balans te houden, schiet er steeds bij in. Hardlopen bijvoorbeeld, mediteren en bidden, wandelen, schrijven, stilte om me heen. Dat zijn de eerste dingen die sneuvelen in mijn drukke programma, terwijl dat eigenlijk de laatste zouden moeten zijn. Een paar weken geleden had ik een eerste aha momentje in een kerkdienst waarin de predikant zei: eigenlijk moet je, juist als je geen tijd hebt om te mediteren (te bidden, hard te lopen, waar je ook maar van tot rust komt), dubbel zoveel tijd mediteren dan je van plan was. Dat zijn de momenten waarop je het juist het hardste nodig het. Gelijk heeft ze.
Het verdwijnen van die belangrijke momenten van rust creëren, zijn voor mij het startschot dat ik moet uitkijken. Het is een waarschuwing: pas op, het loopt scheef, ontsporing is op handen. Daarna gaan andere dingen opvallen: slecht slapen, geen eetlust, sombere gevoelens, moe, moe, moe, kortaf en piekeren. Elk beroep wat op me gedaan wordt, is me dan teveel.
Gevaar van zo’n cirkel is dat je juist door de moeheid en het gevoel van geen-zin-hebben (ook een soort zinloosheid), ervoor kiest om op die bank te blijven liggen, of niet op tijd op te staan, niet op tijd naar bed te gaan, en de makkelijke keuzes te maken. Het is zo gebeurd, dat kan iedereen gebeuren. En dan ontstaat er ook vertraging, maar een verlammende vertraging.
Nu ben ik nog op tijd. Straks komt mijn man thuis en trek ik mijn trainingspak aan. Ik ga de trap af en doe mijn hardloopschoenen aan. Dan geef ik hem en mijn dochter een kus en ga naar buiten. Ik trek de deur achter me dicht en ga. Alles met grote tegenzin. Drie kwartier later sta ik weer voor de deur met een rood hoofd, tranen op mijn wangen en een opgelucht gevoel. Hèhè. Blij dat ik toch weer gegaan ben. Soms kun je het beste vertragen door in beweging te komen.
Geef een antwoord